Groepsverdriet: Akapella – Philip Meersman

Groepsverdriet: Akapella

 

Voor WZC Akapella, in Kapelle-op-den-Bos, op vraag van en geïnspireerd door Griet de Broeck tussen 19-21 april 2020.

 

 

We tellen af tot troel

missen ingehaakte armen

bang van samenzang

de Marie Louise

ligt.                                         stil

 

We tellen bloemblaadjes

zeven anjers, zeven rozen

en samen zo verdomd alleen

het isolement went               niet

 

Herinner je je de warme thuis

tateren aan tafel

zitten in de tuin tussen torenhoge bomen

cultuur na ’t middaguur

dingen doen, denken, delen

die dwars-door-de-gangen-dravers

die dagelijkse doe-dingen

die dankbaar gedeelde momenten

 

Weet je nog dat we samen aten

goedgezinde gewoonte

van gretig gedeelde verhalen

Eén tafel, één gezin

 

Stenen schapen blaten al jaren

waar ook guitige geitjes grazen

ze kijken naar Karels kolossale kruiken

kleinkinderen konden knuffelen, kuieren, klimmen

ontroerend goed verhalen vertellen, kleren verstellen

 

nu

tellen we af tot troel

missen ingehaakte armen

bang van samenzang

de Marie Louise

ligt.                                         stil

 

We tellen bloemblaadjes

zeven anjers, zeven rozen

en samen zo verdomd alleen

het isolement went               niet

 

 

 

Dubbel zo hard draven de diensten

samen dragen ze deze lasten

maar de onmacht knabbelt

aan wankele benen

warmte wijkt voor wikkels

aan                                   raken

mag                                  niet

meer

 

stil de zalen waar we samen zaten

zichtbaar geschrokken, zijn wij

terwijl tijd traag lijkt te tikken

knokken oude knoken

teruggetrokken tegen dit

 

Maar

We tellen af tot troel

missen ingehaakte armen

bang van samenzang

de Marie Louise

ligt.                                         stil

 

We tellen bloemblaadjes

zeven anjers, zeven rozen

en samen zo verdomd alleen

het isolement went               niet

 

Rituelen delen zoals het strelen

– afscheid nemen na de herfst

wanneer één de winter inwandelde –

wijken voor het welzijn van zij die blijven

gelijk gemeenschappelijk groeten

verdriet verteerd teder tussen vrienden

terwijl het lijkt alsof we allen alleen

alle leed legen uit de kruiken van verdriet

 

Deze abondance zal niet blijven

eerstdaags dragen we deze lasten tegaar

walsen we weer

vegen we de miserie                                     van tafel

 

Want

 

 

We tellen af tot troel

missen ingehaakte armen

bang van samenzang

de Marie Louise

ligt.                                         stil

 

We tellen bloemblaadjes

zeven anjers, zeven rozen

en samen zo verdomd alleen

het isolement went               niet

 

Nabij zijn zij die vrijwillig

de dag opfleuren

en het lukt om lief te lachen

samen de dagen diep in de ogen te kijken

en zoveel warmte te zien

 

Weldra voelen we elkaar weer

raken we weer meer betrokken

in het nabij zijn

drukken we elkander weer dicht aan onze borst

raken we elkaar weer aan

filosoferen we weer

over de waarde van samen-zijn

leren we weer meer

 

En

Tellen we gehaalde slagen van troel

haken we armen in

zingen we in de zalen

van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat

is het leven mooi

laten we de zon weer in ons hart

drinken we dos cervezas

en we hebben dan weer even voor elkaar

en we dansen, lachen, zingen,

schateren tot we schudden

samen

 

Philip Meersman