• Nieuws

Lisette Lombé publiceert haar vierde gedicht als Dichteres des Vaderlands

Lisette Lombé schreef haar vierde staatsgedicht als Dichteres des Vaderlands, “Inwendige omwentelingen”. Het gedicht kwam deze zomer tot stand naar aanleiding van de Europese, federale en regionale verkiezingen en verschijnt vandaag, enkele weken na de lokale en provinciale verkiezingen. Het nieuwe staatsgedicht is een oproep tot sociale rechtvaardigheid, openstaan, inclusiviteit, solidariteit en het respecteren van verschillen. Zich bewust van de vele dubbelzinnigheden en compromissen in de samenleving, vertelt de Dichter des Vaderlands dat poëzie haar in staat stelt zich te verzoenen met de spanningen in onze wereld, ze te overstijgen om op die manier op een serene wijze deel te nemen aan een strijdbare dans. Ze zegt een innerlijke revolutie aan te gaan om de collectieve revolutie te ondersteunen.

Het gedicht verschijnt op hetzelfde moment als de publicatie van haar nieuwe bundel, “La Poésie Sociale, un sport comme les autres”. Het is een werk waarin de Dichteres des Vaderlands haar notitieboekjes herneemt die ze in 2019 in Port-au-Prince begon. Deze Objets Poétiques behandelen de krachtige thema’s die ook in “Inwendige omwentelingen” tot uitdrukking komen.

Ontdek “Inwendige omwentelingen” nu.

 

*****

La Poésie Sociale, un sport comme les autres” zal worden gepresenteerd door de auteur in een interview met Morgane Batoz-Herges op zaterdag 16 november om 20.30 uur in het Maison poème in Brussel.

MEER INFO

“Inwendige omwentelingen”, het vierde gedicht van Lisette Lombé

 

INWENDIGE OMWENTELINGEN

IK DANS

tong op mijn tenen,
piment van de eerste strofe,
streep zweet onder mijn politieke long,
enkelbandjes van glasscherven.
Elk gedicht vergruizen dat te weinig bloedt.

IK DANS

witte jurk, wade van het ontwaken,
schouders met stuifmeel bedekt.
Moeder zegt dat het niet betaamt, als je buren hebt,
dat je je slipjes in de tuin te drogen hangt.
En ik geloof haar.

IK DANS

een uitnodiging maar niet op bristolkarton
voor het wicht dat muurbloempje speelde tijdens de slows
een uitnodiging om de eenzaamheid niet te vrezen.
Ooit kom je te weten dat velen veinzen samen te zijn
voor een paar tellen of een leven lang.

IK DANS

Privilege van twee benen, geschaafde binnenkant van mijn dijen,
bots met mijn schenen tegen mijn goedkope bank,
schaterlach van mijn dochter.
Droom dat mijn ouders elkaar niet meer op de tenen trappen
bij hun laatste rondje op de dansvloer.

IK DANS

En de pauwen die in mij bakkeleien
en de veren en het paraderen en de makkelijke prooien
en de gescheurde spagaat tussen dag en nacht.
Plakkerig hart
onder synthetische stoffen.

IK DANS

bloot geslacht op je gezicht,
vervlogen schaamte,
amazone,
je mond, mijn lippen,
natte horizons, nieuwe vergezichten.
Je drinkt me niet.
Je ziet me.

Vertaling : Katelijne de Vuyst

‘Voornemens, voornemens’, Lisette Lombé publiceert haar derde gedicht als Dichteres des Vaderlands

Enkele weken na de start van het nieuwe schooljaar en ter gelegenheid van haar optreden op de vierde editie van Poetik Bazar, poëziemarkt en -festival van Brussel, publiceert Lisette Lombé ‘Voornemens, voornemens’, haar derde gedicht als Dichteres des Vaderlands.

 

Lisette Lombé over ‘Voornemens, voornemens’:

Vier jaar geleden gingen onze kinderen met mondmaskers op naar school. Dit versterkte een hele reeks aan psychologische moeilijkheden: schoolfobieën, zelfmoordgedachten, depressies, huiselijk geweld … Dit is een gedicht om ons hieraan te herinneren aan het begin van een nieuw schooljaar.

Deze grote schok is immers nog niet collectief verteerd. De tijd voor genezing is langer dan de tijd voor woorden. Deze gelegenheid leent zich ook tot een eerbetoon aan Carl Norac en zijn betekenisvolle dichtwerk voor nabestaanden in tijden van quarantaine: Les Fleurs de Funérailles. Welk deel van ons kwam terug uit deze opsluiting en welk deel bleef achter?

 

Lees hier ‘Voornemens, voornemens’

Vertaald uit het Frans naar het Nederlands door Katelijne De Vuyst en naar het Duits door Christina Brunnenkamp.

 

Wil je een ontmoeting bijwonen tussen de Dichteres des Vaderlands en Stadsdichter van Brussel, Lisette Ma Neza? Kom dan naar Poetik Bazar op 21 september om 10u45 in de Hallen van Schaarbeek!
MEER INFO

 

Ontdek ook alle andere gelegenheden om Lisette Lombé te ontmoeten in haar Dichteres des Vaderlands agenda.

“Voornemens, voornemens”, het derde gedicht van Lisette Lombé

Voornemens, voornemens

Brosse herinneringen.
Open ramen.
Koele wind op ons voorhoofd.

Een tel stilte
vlak voor het applaus.

Klokslag acht uur.

Steun die de zorgverleners in de vlucht hoort te bereiken
maar omgekeerde baan van het helium.
Ballon van de hoop die leegloopt als de besmettingen pieken,
die op zijn zij valt
naast een haag
van oneer.

Read More

Madame Rima, de nieuwe mascotte van de Dichteres des Vaderlands

Het concept ‘Madame Rima’, bedacht door Lisette Lombé, bestond eerder al in de vorm van een koffer vol kleine gekleurde papiertjes die haar al jaren vergezelt tijdens vele schrijfworkshops. Dit jaar heeft de koffer een nieuwe dimensie gekregen!

Madame Rima’s originele versie is gebaseerd op het de automatische schrijftechniek ‘voortreffelijke lijken’ en combinatorische literatuur. Mensen die contact opnamen met Madame Rima konden kleine stukjes papier in verschillende kleuren uit de koffer pakken en kregen dan een positieve en bemoedigende poëtische formule te zien. Er zijn 64 miljard mogelijke combinaties.

Vandaag heeft Madame Rima, dankzij het werk van het agentschap Superbe uit Namen, een digitale revolutie ondergaan en de vorm aangenomen van een mobiele installatie die is uitgerust met een eenrichtingsspiegel, een aanwezigheidsdetectiesysteem, algoritmen en een thermische printer die gepersonaliseerde gedichten op kleine kaartjes maakt voor haar gebruikers. Deze worden ook gebruikt als basis voor de schrijfworkshops van Lisette Lombé.

Dankzij deze ontwikkelingen en de steun van de Fédération Wallonie-Bruxelles, via haar eenmalige interculturele subsidie, is “Madame Rima” een visitekaartje geworden voor onze Dichteres des Vaderlands. Ze neemt het nu mee naar workshops, festivals en bibliotheken.

“En dan zullen we dezelfde taal spreken”, het tweede gedicht van Lisette Lombé

Onze nieuwe Dichteres des Vaderlands, Lisette Lombé schreef met ‘En dan zullen we dezelfde taal spreken’ haar tweede staatsgedicht. Na ‘Onder een voetbalshirt’, het ontroerende gedicht dat Lisette schreef ter gelegenheid van haar officiële inhuldiging op 28 maart, wil ze met dit nieuwe gedicht de racistische motieven die via bepaalde politieke campagnes op sociale netwerken worden verspreid aan de kaak stellen. Over de aanleiding van deze tekst, aan de vooravond van de Belgische federale verkiezingen, zegt ze het volgende:

Enkele dagen voor het schrijven van het gedicht zag ik op een brug boven de autosnelweg tussen Namen en Luik twee jongemannen met grote vlaggen in de Belgische kleuren zwaaien. Op een bord stond “Stop immigratie”. Mijn peetdochter van 16 vertelde me dat video’s van soortgelijke acties van extreemrechtse politieke partijen verspreid werden via sociale media. Ik was geschokt door het racisme en de methodieken om deze boodschap via hedendaagse kanalen naar jongeren te verspreiden. Dit gedicht ontstond uit gesprekken die ik nadien had met mijn kinderen en de kinderen van mijn zus.

Lees nu ‘En dan zullen we dezelfde taal spreken’.

Het tweede gedicht van Lisette Lombé

En dan zullen we dezelfde taal spreken

 

VRAAG ME op wie ik volgende keer ga stemmen, voor wie ik het winnende lot voor de toekomst van mijn kinderen in de stembus zal schuiven

en u zult het woord VERTROUWEN begrijpen.

 

VRAAG ME pardon pour het slappe links, pardon voor het vampirische rechts, pardon voor de bulkbuik van het centrum, een welgemeend pardon

en u zult het woord MOED begrijpen.

 

VRAAG ME hoeveel leugens, hoeveel larie, hoeveel druppeltjes sperma of gekke beloften ik sinds mijn pubertijd heb moeten slikken

en u zult het woord DOMINANTIE begrijpen.

 

Read More

Het eerste gedicht van Lisette Lombé

Onder een voetbalshirt

Als een harpoen

geplant pal op de plek van het kwetsbaarste vlees

van een dier dat zich veilig achtte voor de vraatzucht van de mens,

zo begonnen over

mijn brave dagen

beelden te stromen van kinderen,

een stuk jonger dan mijn jongste dochter.

 

Probeerde het te ontwijken met trillende bovenkaak

en met andersom trillende onderkaak.

Probeerde het te ontwijken brandhaarden puin lijkbaren as gezichten stof uit de lucht gedropt voedsel bommen offensieven overlevingsreflexen paniek bloedstromen doden tellingen duizeling gijzelaars geesten de cijfers staven de aanvallen staven de namen voornamen gezinnen massagraven geïmproviseerde ziekenhuizen grenzen huid van chagrijn dansen vallen grond tranen zeven oktober gezamenlijk bankroet soldaten plundering selfies speelgoed lingerie juwelen versperringen lichamen de schendingen staven het internationale doodzwijgen staven één been in plaats van twee één arm in plaats van twee één ouder in plaats van twee rijen witte lakentjes.

Probeerde het,

ergens tussen goed en slecht geweten.

Probeerde het te ontwijken

maar wat een echec,

maar wat een rampspoed,

van het netvlies gleed alles naar het gevoelige merg.

 

Een kind,

ik herhaal,

een stuk jonger dan mijn jongste dochter,

deelt zijn portie eten met een hond.

Delen van ontbering.

Een ander,

plat op de buik in het slijk,

drinkt water uit een plas.

Dorst naar gerechtigheid.

Een ander zegt: ‘Je vader is een martelaar’

Wezenloos weeskind.

Krabbenscharenhandjes.

Open sluitspieren.

 

Onder een voetbalshirt

zoekt een schreeuw naar zijn stem.

 


Traduction : Katelijne de Vuyst

Het twaalfde en laatste gedicht van Mustafa Kör

België

 

op je verscheurde dan weer met

grijnzende kasseien bezaaide wegen

begaf ik me, domweg als een bloedsomloop

vanonder je kleiaarde wilde ik schatten delven

ik wist niet waar ze te halen en voer naar zee

hees er de zeilen en ging eenzame kimmen tegemoet

de roemruchte stok van voorvaderen, die uit een bezongen

boom was verkregen, wees me de weg wanneer ik dwaalde

terwijl ik koortsig tot u wilde komen, sprak hij tegen me

voorwerelds was zijn taal

een siddering die uit de buik van de aarde opsteeg

trok door ons heen toen we beiden inzagen dat

het er niet toe deed of we elkaars talen spraken

en eens dat besef er was, kwam het verlossende afscheid

van hen die niet slechts hebben liefgehad met hun ogen

 

Mustafa Kör

Het elfde gedicht van Mustafa Kör

Bibliofiel

 

Het zijn beloftes waar je naar reikt

hoog en droog als gonzende bijenkorven

Een blik was genoeg om meer te willen

voor het leven

 

Je meandert langs ruggen, plukt hier en

daar vruchten van voldragen schappen

Telkens je er eentje aanslaat, gloort het

in lichaam en geest

 

In de ban van meer licht jaag je sindsdien

van en naar je wingewest. De verhoopte buit

is bladgoud en inzicht

 

Onder dit gebinte liggen wereldwonderen

voor het grijpen als snoepgoed. Dat ervoer je

van in het prille begin. Langs moeders rokken

keek je op en je oerknal voltrok

 

Mustafa Kör