Kort – Peter Theunynck

KORT

 

Ik was nog lang niet met je klaar,
mijn puzzel was niet uitgelegd, kijk maar,
een handvol stukken zit nog in de doos,
er zijn nog zwarte gaten in de tafel.

 

Ik had zo graag je kinderen hun kinderen
zien klimmen in de boomhutten van ons,
de vensters van hun ogen in het donker,
de witte rupsjes van hun vingers.

 

Ik had nog willen zwemmen
in een vuurwerk van gekleurde vissen,
mijn trouwring willen vinden in de goot,
de eikels in de oorlogskoffie ruiken.

 

Nog een keer proeven van het sneeuwland
van mijn vader, de poedersuiker op de wafels,
de weerlicht van de ijsvogel, de trage slagen
van de ooievaar en hoe je lachte toen.

 

Had ik nog kunnen zeggen dat je handen
in mijn haar als zomernachten kwamen,
je stem de solemio deken van mijn winters was.
Het was te kort. Een andere keer misschien.

 

Peter Theunynck