Tankbeurt (voor R.S.) – Ruth Lasters

Mijnheer R. S. werd geboren op 13/01/1956 en overleed in het Stuivenbergziekenhuis in Antwerpen op 04/04/2020 aan de ziekte COVID-19 +. Hij was het boegbeeld van Antwerp Pride, een grootse vrije geest en een bijzonder geliefde rasacteur.

 

TANKBEURT

voor R.S.

Er moet een tankstation bestaan

waar men mentale zuurstof toegediend krijgt rechtstreeks in

de hersenstam of in

de hartspier. Het is. Het móet. Zo niet scheurt heel de mensheid stuk

aan messcherpe bekrompenheid, kortzichtigheid alom.

 

Er staat geen Texacotijger ginds op de vlag, alleen een R van

ravissant, raffinement, rasacteur, Rob. Wij kunnen echt niet anders

dan het zo zien, Rob: jij werkt daar nu non-stop.

 

 

Op kille selfservice rust er een strikt verbod. Jij en jij alleen

levert de geestelijke O2 aan de klanten.

Soms met één handdruk of een blik die iemands wanhoopsonkruid al

 

 

terugdringt. Of je gebruikt alleen je stem en men zou zweren dan

dat men even met Salieri uit

Amadeus of met Charlotte uit

Casa Valentina sprak. You gave yourself to your parts as to a lover,

zo zou Vanessa Redgrave zeggen en dat is nog geringgeschat.

 

 

Je tankklandizie ginder: fris gegroomde heren, cocktailobers, zweefpiloten, yuppies,

sossen, m’en, v’s en x’en, leather boys, badmeesters, gays, straights, transen, hipsters, clandestienen, wereldburgers, dokwerkers, kaloten, poetsdames, Prideleden, chirurgen, roadies, zandstralers, Puccinifans.

Onderscheid is voor jou alleen relevant als het de zon betreft versus

een discobal en dan nog. Wat daarover te zeggen valt, zeg je liever

dansend.

 

 

Tevreden klanten betalen niet met euro’s voor een ademshot, noch met

dollars, maar laten ingelepelde

dogma’s achter in jouw handen, die je bijna allemaal

plat knijpt, knisperend als kakkerlakken. Slechts enkele

laat je weer los, de wijde wereld in voor wie het vrije denken nog niet

aandurft, nog niet kan.

 

 

Als beloning voor een volle tankspaarkaart krijgt men goddank

geen dwaze sleutelhanger maar een hoogst indringend stukje

Claudius van je uit Hamlet: Take thy fair hour, Laertes. Time be thine.

 

 

De klant is het ten slotte die vertrekt, niet omgekeerd. Hij of zij gaat heen,

met een hernieuwde actieradius van

onverschrokkenheid. En al wie omkijkt ziet jou staan nog

als bij wonder plots onder een bol van spinnend zilverlicht.

Niet in het westen, niet in het oosten,

niet in de teksten die je bracht, noch in de hoofden of de hartkamers van

mensen: nergens, nimmer, nooit

gaat een discobalzon

onder.

 

Ruth Lasters