Nu de presidentsverkiezingen hot topic zijn in de Verenigde Staten en ver daarbuiten, besloot Dichter des Vaderlands Carl Norac om een ode aan Amerika te schrijven, zijn Amerika.
Ieder van ons heeft een idee van Amerika in zijn hoofd, gevuld met muziek, boeken, dromen,… Zo ook Carl Norac, die als tiener opgroeide met made in USA, Patti Smith, Walt Whitman, John Cassavetes… Zijn gedicht staat bol van herinneringen die hem dierbaar zijn.
O Captain ! My Captain !
Als tiener gingen we naar de Stock Américain
en kochten er een stukje eldorado.
Gewoon een ruwleren jack, geen goud,
of een bluejeans om de lucht uit te lachen
die hier lang voor de regen verkleurt.
We keerden uit Brussel terug, glimmend
in de boemeltrein, streken onze laarzen glad
en stonden klapwiekend op.
Daarna bracht Lou Reed me naar Berlijn,
Jack London naar de noordpool
en Patti Smith naar Charleville.
Een paar Shadows van Cassavetes gaven me zin
de camera van een cent te kopen waarmee
ik de andere waarheid van de wereld zou zeggen,
die al voor de deur stond, binnen adembereik.
Filmclub op school: op de poster
lazen we lachend It’s terrific!
Orson staarde ons aan als een Citizen Kane
die na de aftiteling wellicht
zou verdwijnen – niet dus.
Braafjes leerden we over de Revolutie,
erfenis van de verlichting, onze ideeën liepen rood
aan bij het bier, raakten hun schuchterheid kwijt,
of ze baden op witte graven.
We doodden onze zondagen op de weg
maar ver raakten we niet,
easy riders op crazy bikes
of weiland- en brandnetellopers,
die maiskolven jatten,
maar altijd het hoge woord, zoals Kerouac.
Ik weet nog dat Grassprietjes
van Walt Whitman als een fijn refrein
in mijn mouwen zaten gevouwen.
Vreemd hoe vannacht alles verkommert
onder een slecht verstelde vlag,
maar de schim van de dichter,
die zich tot Lincoln richtte, trekt voorbij,
daar in het land van de grote koorts,
dolend alsof hij stemmen wil tellen:
O Captain! My Captain!
En samen met hem fluister je zacht,
zonder commentaar, zonder zang:
O Captain! My Captain! zeg me,
waar gaat mijn Amerika naartoe?
Carl Norac Nacht van 3 op 4 november 2020
Vertaling: Katelijne De Vuyst